Cornelis van Beveren, heer van Strevelshoek |
(A) Cornelis van Beveren (ook de Bevere) (1591-1663) was ridder, heer van Strevelshoek, West-IJsselmonde en Kleine Lindt. Hij stamt uit het adellijke patriciërsgeslacht Van Beveren en bekleedde vele verschillende functies, zoals:
· burgemeester van Dordrecht (1628–1629, 1637–1638, 1642–1643, 1645–1646 en 1649–1650)
· raad en rentmeester-generaal van Zuid-Holland (1618–1642)
· baljuw en dijkgraaf van het Land van Strijen
· curator van de Academie te Leiden
· gecommitteerde in het College van de Staten-Generaal (1646–1647), van de Gecommitteerde Raden (1628–1630, 1643–1644 en 1654–1656)
· ordinaris gecommitteerde ter dagvaart van de Staten van Holland en West-Friesland
· buitengewoon gezant van de Staten der Verenigde Nederlanden bij de koning van Denemarken en Noorwegen en de stad Hamburg (1631) en bij Karel I, koning van Engeland, Schotland en Ierland (1636).
Op 1 december 1660 werd Van Beveren evenals Cornelis de Graeff en Johan de Witt door de Staten van Holland aangesteld als lid van de commissie ter educatie van prins Willem III van Oranje-Nassau, "het kind van staat".
Van Beveren trouwde met Christina Pijl, dochter van Johan Pijl en Mondena de Jonge.
De broers Michiel (l) en Cornelis (r) Pompe van Meerdervoort, omstreeks 1652 geschilderd door Aelbert Cuyp |
(B) Heer Cornelis Pompe van Meerdervoort (1639-1680), zoon van Michiel Pompe van Meerdervoort, Ridder, Heer van Meerdervoort, Hendrik-Ido-Ambacht en Schildmans-Kinderen-Ambachten, enz. Hij werd op speciaal bevel van de Franse koning Lodewijk XIV door diens ambassadeur Jaques-Auguste du Tou tot ridder geslagen en begiftigd met de Orde van Sint Michiel op 23 September 1661. Hij was schout en Oud-Raad in Dordrecht in 1662, raad en Rentmeester-Generaal van Zuid-Holland in 1671. Verder was hij baljuw en dijkgraaf van het Lande van Strijen, evenals baljuw van Wieldrecht in 1661. Hij werd benoemd tot dijkgraaf van de Zwijndrechtse Waard op 22.april 1663. Cornelis trouwde op 7 Februari 1652 met Vrouwe Alida van Beveren, (de oudste dochter van Heer Jakob van Beveren, Heer van Zwijndrecht, schout, burgemeester, etc. in Dordrecht, en Vrouwe Johanna de Witt, dochter van Jacob de Witt uit Dordrecht en daarmee de zus van de bekende broers Johan en Cornelis de Witt).
(C) ds. Petrus Buijtendijck (1623-1692) was een zoon van ds. Gosewinus Hendriksz Buijtendijck uit Dordrecht en zonder twijfel een goede bekende van de families Van Beveren en Pompe, die belangrijke functies hadden in het Dordtse stadsbestuur en verschillende belangen in de Hoekse Waard.
Wapen van de familie Repelaer |
(D) De heer Repelaer: waarschijnlijk Hugo Repelaer (1620-1669), raad, schepen en burgemeester van Dordrecht.
De Meerdervoortskapel in de Grote Kerk in Dordrecht [foto: André den Haan] |
(E) Juffrouw Adriana de Bevere vrouw van Meerdervoort (1618-1678) was de moeder van (B). De Meerdervoortskapel in de Grote Kerk in Dordrecht is gesticht door Michiel Pompe van Meerdervoort, zijn vrouw Adriana van Beveren, Cornelis Pompe van Meerdervoort en zijn vrouw Alida van Beveren. Het hek is gebeeldhouwd door H. de Vos in 1677 in Louis XIV-stijl. Boven de deur staat een monogram C.P. v. M. en A. v. B. (Cornelis Pompe van Meerdervoort en Alida van Beveren. In de kapel liggen begraven:
Michiel Pompe van Meerdervoort Michielsz. (1613-1639)
Adriana van Beveren (1618-1678), zijn vrouw
Cornelis Pompe van Meerdervoort (1639-1680), hun zoon
Alida van Beveren (1640-1680), zijn vrouw
Bij de doop van Arij (1668) en daarna treden uitsluitend familieleden als doopgetuigen op. Misschien had Arien zijn illustere kennissen niet langer nodig om de aandacht op zich te vestigen, aangezien hij inmiddels tot schout van Nieuw Beijerland benoemd was. Heel lang heeft hij overigens niet van deze positie kunnen genieten: hij stierf in 1674.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten