Tijdens mijn laatste grote klus in de Vermaat-stambomen, namelijk het verwerken van alle relevante informatie uit de overlijdensakten, stuitte ik op Philippus Philippusz Vermaat, die (geverifieerd) is gedoopt op 26 november 1747 in Rotterdam als enig kind (een doodgeboren kind ging hem in 1746 voor) van Philippus Philipsz Vermaat en Sara van der Bijl.
Zelf had hij 13 kinderen uit 3 huwelijken, van wie er drie de volwassen leeftijd bereikten en zorgden voor 18 kleinkinderen. In mannelijke lijn stierf deze tak een generatie later overigens al uit: geen van de mannelijke nakomelingen werd ouder dan drie maanden.
Volgens een bron die ik indertijd vergat te noteren, zou Philippus op 14 juni 1814 in Oud-Beijerland zijn overleden, maar tussen de overlijdensakten van dat jaar is hij niet te vinden. Gelukkig zijn daar dan de huwelijksbijlagen van zijn kinderen Jacoba en Cornelis Adrianus, die - tenminste als de datum klopte - er zeker een bewijs van zouden leveren, of op zijn minst zouden kunnen wijzen naar een andere datum of zelfs een andere plaats.
In de huwelijksbijlagen van dochter Jacoba Philipse Vermaat en Roelof Zwart van 2 oktober 1816 in Elburg (akte 10) wordt in een extract vermeld dat vader Philippus in Oud-Beijerland is overleden op 19 juni 1814 (er staat letterlijk "vertien", maar ook een controle van deze datum in 1813 en 1816 levert geen akte op). De genoemde datum trouwens evenmin.
In de huwelijksbijlagen van zoon Cornelis Adrianus Vermaat met Jannetje van der Kolk van 21 mei 1824 in Spijkenisse (akte 1) vinden we echter een verklaring van Leonard Antoine Maris, 38 jaar, kantoorbediende en Philippus Rank, 32 jaar, deurwaarder, die op 27 februari 1815 (dus ruim een half jaar na dato) verklaren dat op 19 juni 1814 's avonds om 10 uur Philippus is overleden in het huis met nummer 15 (de akte is verbleekt en moeilijk leesbaar).
Een vreemde zaak. Waar in 1816 wordt volstaan met een simpel extract, lijkt in 1824 de akte min of meer overgeschreven van het origineel. Tussen de akten die via FamilySearch te raadplegen zijn, is de geciteerde akte echter niet aanwezig!
Heeft de ambtenaar van de Burgerlijke Stand indertijd vergeten dit overlijden als akte te noteren, maar was er op het gemeentehuis nog wel een kladschrift aanwezig? Ook de verklaring van Maris en Rank uit februari 1815 is in een akte verwerkt, maar was in 1824 blijkbaar nog wel terug te vinden.
Aangezien er van ieder BS-boek een duplicaat moet zijn gemaakt, komt de verdwenen akte mogelijk nog eens boven water. In de tussentijd heb ik genoeg aan datum, plaats en tijdstip van overlijden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten